Dans la collection de DogMengo 
Bob De Moor, Oncle Zigomar, Stefan et Johan - Planche originale
1495 

Oncle Zigomar, Stefan et Johan

Planche originale
1953
Encre de Chine
Partager
Bob de Moor, oncle zigomar
Bob de Moor, oncle zigomar
Cover deel 1 en deel 2 samen
Fenix-Uitgave

Commentaire

Bob De Moor dessine les aventures d'Oncle Zigomar entre 1951 et 1956.
Cette aventure est prépublié en anversois dans le journal Het Nieuws van de Dag du 22 juin au 10 octobre 1953 sous le titre De Witte Maw-Maw en 192 strips quotidiens. Publié en version francophone complète par BD-Must en 2017.


In verband met die stijl hebt u die zelf ontwikkeld of hebt u hier en daar invloed ondergaan?


Natuurlijk ben ik beinvloed, vooral door Amerikaanse tekenaars en dan misschien Herge en Vandersteen. Er wordt mij wel eens verweten dat ik in de stijl van Herge teken, toen ik mijn eerste verhalen tekende kende ik Herge niet eens en toch leken onze stijlen op elkaar. Toen ik pas voor Kuifje werkte werd mij gezegd dat de koppen van mijn personages wat vulgair waren, daar heb ik dan rekening mee gehouden en getracht dit te verbeteren. Want kijk nu wat er gebeurd is met ‘Het hol van de wolf’, ik las hierover in een kritiek: ’De Moor is als een kameleon, hij weet zich aan te passen aan de stijl van een andere tekenaar’. Dat is helemaal mis! Het omgekeerde is juist gebeurd, in het begin leerde ik Martin rotsen en bomen tekenen, ik heb vroeger ook al aan de Lefranc albums gewerkt. Ik tekende de decors, niet volgens de stijl van Martin maar mijn eigen stijl die hij later heeft aangenomen. Hetzelfde met Herge, ik gebruik mijn stijl, ik denk nog niet aan de stijl van Herge.


In 1950 bent u dan bij Herge gaan werken. Was dat op vraag van Herge zelf?

Ja, inderdaad. Herge was toen ziek en zijn verhaal ‘Raket naar de Maan’ dat in Kuifje liep, was een paar weken onderbroken. Langs Leblanc om heeft hij mij gevraagd of ik niet kon komen helpen, een paar dagen in de week. Je zou kunnen denken dat ik zomaar ineens bij Herge begonnen ben maar dat ging heel geleidelijk. Drie dagen helpen werden er vier dan vijf maar eer het zover was, was er toch een jaar voorbijgegaan. Herge die toen zijn studio aan uitbouwen was vroeg mij te blijven als studio-chef.


Hoe was de aanpassing bij Herge?

Bah… aanpassen, ik tekende al in die stijl, zelfs vlugger dan Herge. Hij kreeg er kippevelvan, zo vlug tekenen en dan nog goed! Maar we hebben ons alle twee aangepast en ik moet zeggen dat ik veel geleerd heb.


Werkten toen Martin en Leloup ook al op de studio?

Nee, dat was later. Leloup was de helper van Martin, en toen Herge aan Martin vroeg om ook op de studio te komen werken, kwam Leloup automatisch mee. Het oorspronkelijke idee van Herge was eigenlijk een studio uit te bouwen met alle tekenaars die voor Kuifje werkten. Dat bleek in de praktijk onmogelijk. Voor sommige tekenaars was de verplaatsing te moeilijk en het is ook zo dat vele tekenaars liever op zichzelf werken.


Wat hebt u allemaal gedaan bij Herge?

Van alles, ik zei dus al dat ik aan de albums van Kuifje meewerkte. Ook de albums van Jo en Jetje, het eerste waaraan ik meewerkte was de Najavallei. Daarnaast natuurlijk veel publiciteit voor firma’s die Kuifje op hun producten wilden afgebeeld zien.


Dit interview met Bob de Moor vond plaats met Karel Driesen, en is gepubliceerd in het tijdschrift voor stripliefhebbers GASTON nummer 4 (1976)

Pour laisser un commentaire sur cette œuvre, veuillez vous connecter

A propos de Bob De Moor

Robert Frans Marie De Moor, dit Bob de Moor, est un dessinateur belge né à Anvers. Il a dessiné de nombreuses séries de BD et a été le bras droit d'Hergé notamment pour plusieurs albums de Tintin.